Uitersten

(keert zich) wat: keert zich, keert zich tegen. Keert. Er komen geen woorden. Totaal niet. De dag is leeg. Vol van leeg is de dag. vol van leeg is de dag vandaag. Vol met niets. Vol met ruimte, het heeft vorm dat vol met ruimte. Het is eindig. Open want ik zie iets en tegelijk niets tegelijk dicht. Deze vol met ruimte bestaat door de afbakening het kader de rondom afscheiding is een 'vol met ruimte' object op afstand: ik ben beschouwer bevind mij er tegenover. Erin ligt voor mij. Ik kijk er naar, naar vol met ruimte. Nu heb ik woorden. Ik heb een abstracte gedachte in een vorm gegoten die ik in grijze arceringen bolvormig voor mij zie liggen. Vol van galm vol van de woorden die ik spreek. Spreek vult de ruimte. De ruimte zuigt. Een bol een binnen. Het leeg + vol omgeeft mij. Ik ben het zware volume het obstakel contra vederlicht, het ruime, de lucht. De woorden zijn er weer. Sommigen ontbreken er. Er ontbreken er te veel. woorden van het niemand aanwezig zijn van het afwezig van afwezig. Van het leeg in een gebouw in het alleen ben tegelijk met ongeduld: de tijd kruipt.

was geN. tijdens Uitersten

genoteerd tijdens de opbouw en realisatie Installatie met dia-projectie op vloer kelder via trap, waardoor het beeld als het wate van de treden afstroomt en het zich neerlegt op het beton in de eindfase van naar beneden. Te beschouwen als Werkdagboek[aantekeningen]. Uitgelicht. Zaterdag 27 augustus 2011 Pand Haagweg 21 van 22.00 u - 01.00 u
 
menu_links_ dgtl
ppr
wrks